De geschiedenis van De Toekomst
De geschiedenis van De Toekomst
In 1635 wordt het Koediep gegraven. Hierdoor wordt het mogelijk het graan naar Groningen te vervoeren. De wegen zijn in die tijd nog vrijwel onbegaanbaar. In 1717, van 1744-1746 en later nog eens van 1766-1773, worden de boeren geteisterd door de veepest. Hierdoor verliezen de boeren vaak een groot deel van hun vee. Ze besluiten daarom de natte gronden te herschapen in drogere cultuurgrond. In 1819 is reeds 67% van het land cultuurgrond geworden. Er wordt steeds intensiever akkerbouw bedreven en zo ontstaan in die tijd de kapitale boerderijen, met prachtige voorgevels en grote tuinen. Door de natuurlijke lozing van het water, bij laag water naar zee, ontstaan er in herfst en winter op de graslanden grote binnenmeren.
Later in de 19e eeuw wordt er voor de ontwatering gebruik gemaakt van primitieve watermolens en aan het eind van de 19e eeuw worden er waterschappen opgericht. In Scheemda worden heden ten dage nog molens gerestaureerd en geproduceerd door de molenmaker Molema. Tussen Scheemda en Nieuw-Scheemda vind je nog twee fraaie watermolens. De Tjasker watermolen is het enige exemplaar in Groningen. Op de foto boven is dit de molen op de voorgrond. Door de import van goedkoop Amerikaans graan ontstaat er in Europa in 1878 een landbouwcrisis waar ook Midwolda, Scheemda en omliggende dorpen onder gebukt gaan. Er wordt door de boeren enorm op de arbeiders bezuinigd en ze beginnen aan mechanisatie. Er ontstaat grote werkloosheid en armoede onder de arbeiders. In de winter, wanneer de nood het hoogst is, worden er werklozenoptochten gehouden. Door de grote tegenstellingen tussen arm en rijk ontstaan er in 1892 grote onrust onder de bevolking en moeten er zelfs militairen in de omliggende dorpen gedetacheerd worden om de rust te handhaven.
De 19e eeuw heeft voornamelijk de geschiedenis van Midwolda en het Oldambt bepaald en weerspiegeld zich nog steeds in de huidige politieke en kerkelijke verhoudin-gen. In 1899 wordt de Stichting Coöperatieve Strokartonfabriek opgericht. Zo'n honderd boeren nemen er aan deel en zorgen voor levering van de stro. Er wordt besloten om grond te kopen nabij het Winschoterdiep voor de bouw van een strokartonfabriek. De aan- en afvoerwegen spelen daarbij een belangrijke rol. Op 31 januari 1901 wordt de strokartonfabriek "De Toekomst" in productie genomen. Terwijl er in 1901 door ruim 100 leden zo'n 8 miljoen kilo stro wordt aange-voerd, is dit zes jaar later al verdubbeld. Opnieuw wordt er grond aangekocht waarop het tweede komplex verrijst. Op 7 februari 1909 rol ook hier het strokarton van de banen. Van 1918-1948 rijdt er een tram van de tramdienst Oost-Groningen door het Oldambt (zie foto onder). Deze zorgt ook voor de aanvoer van de kolen voor "De Toekomst". In die tijd loopt er ook een tramlijn door Midwolda en zie je overal langs de straat electriciteitspalen met bovengrondse leidingen verschijnen. De straten zijn nog zeer slecht en zanderig en eigenlijk alleen in het midden redelijk verhard. De voormalige strokartonfabriek "De Toekomst" wordt in 1968 gesloten. Het bedrijf heeft dan nog ongeveer 125 mensen in dienst.
"De Toekomst" is op het nippertje gered van een roemloze ondergang. Het minsterie van OCW heeft een kanjersubsidie toegekend vier miljoen euro voor de restauratie van de voormalige strokartonfabriek ''de Toekomst'' bij Scheemda (Gr.). Sinds de sluiting van de fabriek in 1968 is het monumentale fabriekscomplex vervallen tot de grootste industriële ruìne van Nederland. Het complex bestaat oorspronkelijk uit twee strokar-tonfabrieken, ''de Toekomst I'' uit 1904, gesloopt in 2005 en het enkele jaren later in 1908 gebouwde complex van de ''Toekomst II''. Dit fabrieksgebouw, ontworpen door de Groninger architect P.G.Cremer, wordt momenteel hersteld. Na jaren van verwaarlozing is er nu nog een ruine over; de bedrijfshal opgetrokken in rode Groninger baksteen, het onttakelde ketelhuis, de bouwvallige schoorsteen, en op en rond het fabrieksterrein diverse roestige oude machines,waaronder de orginele stalen bolkokers, waarin het stro is verwerkt tot pap (zie foto rechts). Het is zo goed met "De Toekomst" gegaan dat er nooit is gestaakt. Wijlen Fré Meis heeft bij wat ooit de grootste strokartonfabriek van Nederland is geweest geen poot aan de grond. Als er eind jaren zestig een algemene malaise uitbreekt in de strokartonindustrie, krijgt de bevlogen communistenleider velen achter zich in de strijd voor het behoud van werk. Alleen massale steun van "De Toekomst" blijft uit. Een demonstratieve bijeenkomst in Winschoten trekt actievoerders van divers pluimage, maar nauwelijks mensen om wie het gaat: de strokartonarbeiders uit Scheemdermeer. Anders is het in Pekela, waar strijdbare arbeiders regelmatig de barricaden beklimmen en Meis op een grote aanhang kan rekenen. De arbeiders van "De Toekomst" staan bekend als plichtsgetrouw, wat waarschijnlijk ligt aan de achtergrond van het personeel. Velen komen uit Midwolda en Oostwold, dorpen van een zeer duidelijk christelijke signatuur. | |||||
Foto links: Tot de voormalige gemeente Midwolda heeft ook een deel van Scheemdermeer tot aan het Winschoterdiep behoord dat in de de voormalige gemeente Scheemda heeft gelegen. Nog net in de gemeente Midwolda ligt de "Strocartonfabriek De Toekomst" waarvoor voor de aan- en afvoer van de producten een zijkanaaltje naar het Winschoterdiep wordt gegraven. Voor de fabriek wordt dan ook een kade aangelegd, de Toekomstkade, waar op de foto hiernaast een tjalk heeft afgemeerd. De mannen op de voorgrond wrikken zich met hun bootje door het toen al vieze water van het Winschoterdiep. | |||||
Op de foto links is men bezig met de aanleg van de trambrug over het zijkanaal van het Winschoterdiep naar de strokartonfabriek "De Toekomst". De foto moet omstreeks 1917/1918 zijn gemaakt. In 1918 is de tramlijn van de stoomtramwegmaatschappij "Oost-Groningen" (OG) gevorderd tot Hotel "de Witte Zwaan" te Oostwold. |
|||||
Het complex, en dan met name de hoge schoorsteen, is zichtbaar vanaf de A7. De productie van strokarton is in 1968 gestaakt waarna het vroeg-industriële complex, ondertussen benoemd tot rijksmonument, in handen komt van handelaar Hennie Schoenmaker. Deze gebruikt de ruimte om machines op te knappen en te verhandelen onder de naam Handy. Schoenmaker investeert geen cent in de gebouwen waardoor de fabrieken in snel tempo achteruit gaan hetgeen velen een doorn in het oog is, waaronder de gemeente Scheemda. Inmiddels heeft een asbest-sanering plaatsgevonden en is het complex in handen geraakt van de firma Simon Benus uit Stadskanaal. Deze ziet mogelijkheden voor restauratie waarvoor vier miljoen euro beschikbaar is gesteld uit het Kanjerfonds. In 2006 gebruikt filmmaker Paul Verhoeven het complex om er een deel van zijn film Zwartboek te filmen. Anno febr. 2010 is Benes al enkele maanden met de restauratie bezig. Dit is vanaf de snelweg te zien.
Erfgoedpark De Toekomst
De voormalige strokartonfabriek De Toekomst krijgt een nieuwe bestemming. De fabriek langs de A7 bij Scheemda wordt opgebouwd tot een Erfgoedpark, een ontmoetingsplaats waarin natuur en uitwisseling van informatie de belangrijkste pijlers zullen worden. Zo het zich laat aanzien moet het project in 2013 klaar zijn.
|
Bronnen:
|
|
Aan bovenstaande tekst is de uiterste zorgvuldigheid besteed. Desondanks kunnen er best fouten voorkomen. Constateer je fouten en/of heb je vragen, correcties, aanvullingen... geef die dan even aan mij door via mijn E-mail adres.
|
|
De geschiedenis van De Toekomst, 13 febr. 2010 Revisie en aanvulling, 12 sept. 2010 Revisie: 05 juli 2017 |
|